Verhaal van Truus van den Dries van Roessel

Komst AOW was één van de gelukkigste dagen van mijn moeders leven

100 jaar oud worden is geen prestatie. Het is een cadeau. Eigenlijk gaat het vanzelf. En als ik zo blijf zoals ik nu ben, wil ik het nog wel een tijdje volhouden.

Op mijn 100ste verjaardag, afgelopen juli, kreeg ik een hele mooie bos bloemen van ABP. Ik ontvang nabestaandenpensioen. Al ongeveer 10 jaar. Ik ben dus deelnemer. Mijn man werkte bij de Douane. Ook ontvang ik een klein pensioen over de periode dat ik voor een aannemer werkte. Maar mijn nabestaandenpensioen van ABP is hoger dan mijn bouwpensioen. Van mezelf heb ik maar een klein pensioen.

Ik trouwde in 1948. Mijn man werkte bij de Douane in Sas van Gent. We maakten kans op een huis. We stonden ingeschreven en we kregen een bovenwoning toegewezen. Maar toen ging dat opeens niet door omdat een collega van mijn man huilend bij de burgemeester was langsgegaan. Zijn vrouw was in verwachting en de burgemeester vond het zo naar om te zien dat deze man zo van streek was en gaf de woning aan hem. Toen moesten we nog 9 maanden wachten en woonden we gescheiden. Ik ging nog gewoon naar kantoor. En één keer in de 14 dagen kwam mijn man naar mijn ouderlijk huis in Brabant. Bij het afscheid stond ik altijd te huilen.

Niet veel later kreeg ik ontslag en kon ik niet meer werken. Getrouwde vrouwen mochten volgens de wet toen niet werken. Een architectenbureau bood vervolgens aan dat ik bij hen aan de slag kon. Zwart. Ik verdiende één gulden per uur. Ik heb dat werk 20 jaar gedaan. Ik was een goedkope kracht en ben gebleven omdat ik een persoonlijke binding had met dit bureau. Mijn neef werkte daar en dan blijf je. En met de ongeveer 80 gulden die ik per maand verdiende kon ik toch weer een tas boodschappen halen.

Ik heb er toen niet bij stilgestaan dat ik al die tijd geen pensioenopbouw had.

Later ben ik bij een aannemer in dienst gekomen en op mijn 62e ging ik met pensioen. Ik was het werk niet beu. Had er plezier in. Maar ik vond het fijn om vanaf dat moment dingen te kunnen doen waar ik eerder geen tijd voor had. Ik dacht: nu ga ik genieten. Samen met mijn man trokken we tijdens de zomermaanden met een kleine caravan heel Europa door. Ik ging van tevoren naar de bieb om reisboeken te halen en aan de hand van mijn notities over wat er te zien was, werd de route bepaald. Het was een heerlijke tijd. Ik ben een buitenmens.

En in de winter gingen we naar Spanje.

Ik heb een hele goede oude dag. Ook dankzij mijn pensioen. Dat besef ik heel goed, want ik heb veel armoede gezien in mijn leven. Ik ben ontzettend blij dat er nu niet zoveel werklozen en arme mensen zijn. In de tijd dat ik trouwde waren er ontzettend veel werklozen.

Mijn vader had een schildersbedrijf en ook dat was niet altijd makkelijk. Er was zakelijk gezien sprake van hoogtepunten, maar ook van veel dieptepunten. En mijn vader had geen pensioen als zelfstandige. Ik weet nog dat de AOW werd ingevoerd en dat mijn moeder zei: dit is één van de gelukkigste dagen van mijn leven. Het is fijn dat ze dat op latere leeftijd nog heeft mogen meemaken.

Deel deze pagina