Verhaal van Theo Heins

Een voldaan en kleurrijk leven

Het was 1965. Ik woonde in Heerlen. Mijn vader en broer waren bij de politie. Het lag een beetje voor de hand dat ik dat ook zou gaan doen. Op de voorlichting van de politieacademie voor officieren dacht ik ‘dat is niet verkeerd’. Ik zei tegen mijn moeder: ‘Ik denk niet dat ik de HBS ga afmaken, maar dat ik solliciteer bij de politie’. Nou, zo kwam ik dus in Maastricht terecht voor de primaire  politieopleiding. Dat beviel me zó goed, ik dacht ‘hier word ik oud’! En dat was ook zo. Ik heb tot aan mijn pensioen bij de politie gewerkt in allerlei verschillende functies. Op mijn 60e ging ik met Functioneel LeeftijdsOntslag (FLO). Twee maanden later werd de FLO-regeling versoepeld, waardoor je langer door mocht werken. Maar ik moest helaas stoppen. Dat vond ik toen een beetje jammer. 

Mijn lange carrière bij de politie begon te voet. Ik mocht rondom het politiebureau op het Vrijthof rondlopen. Daarna ben ik fietsrondes gaan rijden, dan mocht je al wat verder. En ik heb ook nog op een blauwe maandag op de motor gezeten, voordat ik met de politieauto op pad ging. Uiteindelijk kwam ik bij de recherche terecht. Vervolgens verzorgde ik voorlichting op preventiegebied, dus eigenlijk misdaadpreventie. Toen er weer een nieuwe reorganisatie kwam, werd ik leidinggevende van het gedeelte van Maastricht en de gemeente Eijsden(-Margraten). Rond 1993 werd ik naar Heerlen en daarna naar Kerkrade verplaatst, toen kwam ik ineens weer in een hele andere wereld terecht. In Heerlen was ik verantwoordelijk voor het centrum. Mijn laatste functie bij de politie was bij de regioleiding in Maastricht. Daar was ik projectmedewerker voor de regio Limburg, gericht op de samenwerking tussen Noord-Limburg en Zuid-Limburg. 

Mijn motto is altijd: als je ergens iets over wil weten, dan moet je er veel over lezen. En dat deed ik. Alle vakbondsblaadjes nam ik door. Ik volgde de politiek. Daardoor kon ik tijdens vergaderingen ineens heel actief meedoen en gerichte vragen stellen. Veel van mijn collega’s boeide dat niet zo. Maar mij wel. Ik kwam hierdoor in het bestuur van de politievakbond terecht.  

Echt stilgezeten heb ik eigenlijk nooit. Vanaf mijn 30e ben ik 40 jaar lang als vrijwilliger meegegaan met de Lourdes-bedevaarten. Eigenlijk per toeval rolde ik daarin, via mijn toenmalige achterbuurman. Maar dat ik daarvoor toestemming kreeg van mijn werk, had ik echt niet verwacht. Eigenlijk hoopte ik ook stiekem dat mijn verlof afgekeurd zou worden, dat eerste jaar. Maar wat bleek nu…? De roostermaker van de politie was zelf een echte Maria-vereerder. Dus dat maakte dat ik wel móest gaan.  

Ook werd ik door de tennisclub gevraagd of ik voorzitter wilde worden, terwijl ik pas 2,5 jaar tenniste. Dat vond ik verrassend. Vervolgens kwam er iemand van het Rode Kruis naar me toe die zei: ‘we hebben vrijwilligers nodig die mensen begeleiden op vakantie’. Dat deed ik natuurlijk al een aantal jaren voor de Lourdesbedevaarten. Het leek me leuk om te doen, dus ik ging mee. Uiteindelijk ben ik nu nog steeds bestuurslid van het Rode Kruis Maastricht.  

Zo hou je eigenlijk veel bezigheden. En dat zijn allemaal hele leuke dingen. Ik vul mijn pensioen goed in. Er is geen dag dat ik me verveel. Zolang je gezond blijft, fysiek en geestelijk, is het allemaal geen probleem. Maar ik zie ook wel eens bij vrienden dat het sluipend komt. Dus ik moet gewoon blijven lezen, het nieuws volgen, geprikkeld raken. Dan kun je heel lang een dure klant van het ABP zijn. Je moet je inleg wel terugverdienen, zeg ik met een knipoog. Ik ben nu 16 jaar met pensioen. Ik had de bedevaarten, de tennisclub, het Rode Kruis. En natuurlijk nu ook de kleintjes. Het is zalig. Als ze naar de Efteling gaan, ga ik altijd één dag mee. Ik kan echt genieten van de kleinkinderen.  

Wat ook leuk is, is het clubje van gepensioneerde collega’s waarmee we één keer per maand samenkomen op het Vrijthof in Maastricht. Elke derde donderdag van de maand om 10.00 uur. Dan praten we wat, laten we aan elkaar weten hoe het ervoor staat. Of vragen wat iemand tegenwoordig in het korps doet. Dan hou je wat contact. Sociale contacten veranderen snel als je stopt met werken. Je moet ze goed onderhouden als je met pensioen bent.  

Ik heb een heel kleurrijk leven gehad. Op alle mogelijke gebieden eigenlijk. Met alle ups en downs, maar naderhand altijd met een heel voldaan gevoel.  

Deel deze pagina