Verhaal van Peter Boerman

Sparend voor later ga je straks ook sparend dood 

‘Wat een rotvraag. Ik heb eigenlijk helemaal geen zin om na te denken over wat ik de laatste twintig jaar voor mijn dood wil. Ik ben niet van plan om dood te gaan. En wil er eigenlijk ook niet over denken. Ik vind mijn werk leuk en ik werk gewoon door. Maar daar zit uiteindelijk ook een eind aan. Stoppen met het schrijven van stukjes doe ik pas als mijn handen eraf vallen. Of mijn hoofd.  

Ik heb wel vrienden van 55 – mijn leeftijd –  die nadenken over stoppen. Eentje zit in het leger en een ander hoopt genoeg geld te hebben om te kunnen stoppen en bescheiden verder te leven. Dat vind ik nogal confronterend en eng. Ik wil helemaal niet zo oud zijn. Dan leg je je neer bij het feit dat de aftakeling begonnen is. Ik ben bewust niet reflectief, ik ben meer van het bewust uitstellen.  

Natuurlijk, iedereen heeft een piek. Dat is ook wel bekend. En ja, die ligt achter mij. Maar er is ook een periode dat je de dingen die minder worden ruimschoots compenseert met je ervaring. Je snapt beter wat belangrijk is, waar je wel op moet lopen en waar je niet op moet lopen.  

Ik leef elke dag alsof ik eeuwig 20 ben. Maar als collega’s ‘u’ tegen me zeggen is dat misschien niet meer zo geloofwaardig. De samenleving kent nu eenmaal een jeugdcultus.  

Het is moeilijk om zinvol oud te zijn. ‘Grootouders voor het klimaat’, vind ik wel een mooi initiatief. Zij hebben tijd en geld. Je zoekt waar je een bijdrage kan leveren.  

Ik was ‘ooit’, met 28 jaar het jongste raadslid in de gemeente Haarlemmermeer. En met 32 jaar was ik dat opnieuw. Inmiddels ben ik de nestor van de Raad. Ik ben er tussentijds wel even mee gestopt, maar toch. Ik ben de enige die van veel ontwikkelingen de geschiedenis kent. En inmiddels ben ik bang dat ik mijzelf overleef. Dat is best een confrontatie met mijzelf. Als je nu kiest is dat voor 10 jaar. Je kijkt ook naar je opties. Als oud-raadslid heb je opties. Je kan in rekenkamers gaan zitten. Of bepaalde commissies.  

Als je zo lang in de lokale politiek actief bent als ik, dan word je onvermijdelijk een notabele van het dorp. Ik word altijd aangesproken als raadslid. Je hebt een bekend hoofd en dat geeft je een rol en betekenis. Er wordt naar je geluisterd. Dat is fijn. En geeft je een bepaalde status.  

Ik wilde deze periode in de Raad eigenlijk lekker gaan backbenchen. Een beetje op de achtergrond talent ondersteunen. Ik ben nu toch weer fractievoorzitter. Een beetje tegen wil en dank, nadat de vorige tussentijds vertrok. Maar misschien past dit ook wel beter. Ik ben van nature niet zo’n mentor. Ik doe het liever zelf. Stagiairs vind ik ook altijd lastig. De laatste bleef niet lang… 

Ik werk de laatste jaren zonder pensioenopbouw in de tweede pijler. Dat begint nu toch wel ‘een dingetje’ te worden. Ik vul die derde pijler stevig. Ik heb her en der kleine plukjes in de tweede. En altijd in Nederland gewoond en gewerkt, dus die eerste pijler krijg ik ook wel vol. Ik maak me voor mijzelf geen zorgen. Er is genoeg, mits ik geen gekke dingen doe. Mijn vrouw heeft wel een goed pensioen. Dat biedt een basis. En ook een afhankelijkheid.  

Maar bij ons is altijd wel het idee geweest dat er 1 een vaste, stabiele baan had en de ander wat flexibeler kon zijn. De woorden van Harry Jekkers ‘Sparend voor later ga je straks al sparend dood’,  hebben me altijd wel aangesproken. Dus hebben we gezocht naar een balans. Tussen carrières, zorg voor de kinderen, ambities, toekomstperspectieven en tussen uitgeven nu en voldoende over hebben voor straks.  

Mijn vader is nu 86 jaar. Hij stopte met werken toen hij 55 was. Hij krijgt veel meer dan hij nodig heeft. Die scheefheid zie je over de generaties heen. Dat wringt. Ik ben er toch meer en meer van overtuigd geraakt dat het belangrijk is om pensioen collectief te regelen. Je weet gewoon niet hoe oud je wordt en dus hoe lang je nog inkomen nodig hebt. Deelname mag zelfs wel verplicht worden. Mensen die niks doen, doen straks toch via een andere weg een beroep op het collectief. Laat dan ook iedereen maar bijdragen. En als je vroeg dood gaat, wees dan maar solidair met de levenden. En andersom. 

Ik ben ergens ook wel trots op hoe we het in Nederland hebben geregeld. In de Verenigde Staten zijn veel Uber-chauffeurs boven de 65. Omdat ze het geld keihard nodig hebben. Daar is 65+ de nieuwe onderkant van de samenleving. Er is me veel aan gelegen om dat hier te voorkomen. 

Deel deze pagina