Verhaal van Ellen Lücker

Eén ding weet ik zeker: ik zal muziek blijven maken 

Het zal ongeveer 11 jaar geleden zijn geweest. Ik weet het nog goed. Ik zat bij een voorstelling van Het Nationaal Ballet: Het Zwanenmeer. Ik hou van ballet, maar ik heb toch altijd meer oog voor de muziek dan de dans. Er zat een fantastisch mooie trompetsolo in die voorstelling en ik bedacht ter plekke dat ik ook trompet wilde leren spelen. Ik heb meteen online een trompet besteld en les genomen. 

Trompet is een moeilijk instrument om onder de knie te krijgen. Ik dacht… dan heb ik voldoende niveau om in een bigband te spelen als ik met pensioen ga. Ik heb lessen genomen en studeerde elke dag een uur. Ik heb enorm mijn best gedaan. Na 5 jaar ging het nog niet goed. Toen heb ik tegen mezelf gezegd dat ik er nog 5 jaar mee door moest gaan. Maar na 10 jaar ploeteren op die trompet – dat is nu een jaar geleden – kwam toch het moment dat ik dacht: het gaat gewoon niet lukken. Toen heb ik besloten om weer saxofoon te gaan spelen. Dat instrument kende ik al. Het is fijn dat ik dit weer heb opgepakt.  

Ik speel in mijn vrije tijd in een straatorkest. We brengen muziek en theater naar verschillende wijken in Amsterdam. Het is heel bijzonder om mee te maken. We komen in Nieuw-West, Noord en Zuidoost. Plekken in de stad waar bewoners niet gewend zijn dat dit soort cultuur naar ze toekomt. Als er iets in die wijken gebeurt om de leefbaarheid te vergroten, dan komen wij spelen. 

Ik ben blij dat ik meer muziek kan maken zodra ik met pensioen ben. Nu probeer ik het zoveel mogelijk bij te houden om straks – als ik gestopt ben met werken – gas te geven en met veel mensen te spelen. Mensen die mij inspireren.  

Vooruitlopend op mijn pensioen probeer ik ook veel dingen uit. Ik heb een cursus filosofisch practicus gevolgd. En vervolgens voor mezelf de 4 V’s ontwikkeld. Eigenlijk met het idee hoe ik ervoor wil staan als ik straks met pensioen ga.  

De 1e V staat voor verantwoordelijkheid. Dan gaat het om duurzaam leven. De 2e V staat voor verbinding. Dan gaat het over naar elkaar omzien. Ik werk nu 40 uur in de week, maar wil zodra ik met pensioen ben het contact met de buren aanhalen. En voor elkaar zorgen. Het is ook een ontwikkeling in de maatschappij dat onze generatie steeds meer mantelzorg zal moeten gaan doen. Niet alleen voor je eigen ouders, maar ook voor de buren. 

De 3e V staat voor vervulling. Dat is iets wat ik in muziek vind en de 4e gaat over vitaliteit. Het is belangrijk om te blijven bewegen en te blijven sporten. Ik doe dat eerlijk gezegd te weinig. Ik beweeg wel, loop iedere dag een uur. Hardlopen doe ik ook één keer in de week. Maar het lukt me niet om 2 tot 3 keer in de week naar de sportschool te gaan. Ik weet hoe belangrijk het is. Mijn moeder is 91 en echt nog heel fit. Dat komt omdat ze altijd is blijven bewegen. 

Ik ben me ervan bewust dat ik in de laatste fase van mijn loopbaan zit. Ik ben 60. De datum dat ik met pensioen ga is meerdere keren vooruitgeschoven. Die ging geleidelijk omhoog. Ik heb besloten daar positief in te staan. Ik dacht: ik kan me ook inbeelden dat ik een paar jaar jonger ben in plaats van dat ik langer moet doorwerken. Als het goed is ga ik officieel met pensioen als ik 67 jaar en 3 maanden oud ben. Onze kinderen zullen later zeggen: goh mochten jullie al met je 67e met pensioen? Het is best relatief wat de pensioenleeftijd ook is. 

Mijn vrouw is beeldend kunstenaar en ontvangt al AOW. Maar ze heeft nog geen moment gedacht dat ze met pensioen is. Dat vind ik heel inspirerend. Die levensinstelling vind ik heel mooi. Ik moet nog 7 jaar werken. Soms denk ik heel even: kan ik niet eerder stoppen? Maar het voelt voor mij als een maatschappelijke verantwoordelijkheid om tot mijn officiële pensioendatum te werken. En werk geeft me ook veel plezier.  

Ik vraag me geregeld af hoe ik me kan voorbereiden op het moment dat ik met pensioen ga. Het antwoord daarop heb ik nog niet. Maar ik weet wel dat ik onderdeel wil blijven uitmaken van de maatschappij. Ik ga misschien vrijwilligerswerk doen. Net als mijn ouders deden toen ze met pensioen gingen.  

Ik vind het pensioen zoals wij dat in Nederland kennen een groot voorrecht. We zijn enorm welvarend. Ook al is er zeker sprake van ongelijkheid: mensen die geen extra pensioen hebben opgebouwd en alleen AOW ontvangen. Ik kan me gelukkig prijzen. Ook als het gaat om zoiets als nabestaandenpensioen. Ik heb mijn vrouw ruim 30 jaar geleden aangemeld bij ABP. We zijn niet getrouwd. Maar het ging heel soepel. Er zijn veel landen waar dat ondenkbaar is. Dat is hier goed geregeld.

Deel deze pagina